Aaltjes tegen larven veenmollen

Larven van de veenmol ecologisch verdelgen met aaltjes. Veenmollen (Gryllotalpa gryllotalpa) zijn krekels en geen mollen. Het zijn graafinsecten die tot ongeveer 5 cm groot kunnen worden en hebben een (rood)bruine en geelachtige kleur. Het insect is duidelijk te herkennen aan het gepantserde voorlijf met sterk ontwikkelde klauwen als voorpoten. Aan de achterzijde hebben ze een krekelachtig achterlijf met twee uitsteeksels die ze als tastorgaan gebruiken. Naast plantaardig voedsel eten de veenmollen dieren zoals aardrupsen, regenwormen, emelten, ritnaalden en andere bodeminsecten. Ze kunnen goed zwemmen en vliegen. Vaak zijn ze te zien in het water of in de lucht en dit tijdens warme avonden in de buurt van vochtige weilanden, veengrond en gronden die grenzen aan sloten. Veenmollen waren een tijdlang een beschermde diersoort, maar ze planten zich tegenwoordig opnieuw zo massaal voort dat het stilaan een plaag dreigt te worden en deze mag bestreden worden. Aaltjes gaan na toepassing op zoek naar de larve van de veenmol in de bodem. Eens zij deze gevonden hebben, parasiteren ze de larven en vermenigvuldigen zich. Als de larven dood is gaan de aaltjes op zoek naar nieuwe slachtoffers. De cyclus herhaalt zich tot alle veenmollen bestreden zijn.